Als je met je vingers de weg door het vingerlabyrint volgt, krijg je voeling met de algemene symboliek van het labyrint. De gang door een labyrint kent drie fasen: ontdekken, ontvangen en gebruiken, ook wel samengevat in het woordje OOG.
De weg naar binnen staat voor het ontdekken. Meestal gaat het vanzelf. Je kunt er ook aandachtig op letten. Zijn er dingen die je los wilt laten, of die je gaandeweg achter je laat, zoals haast, boosheid, verdriet, angst of een drang tot controle? Door die los te laten bereid je je voor op je aankomst in het centrum. Je wordt letterlijk ontvankelijk voor nieuwe dingen en je ontdekt je kwaliteiten. Er kan pas iets nieuws ontstaan als je het oude los laat
Het verblijf in het centrum staat voorontvangen: je komt er in verbinding met je innerlijke kern, oftewel met je Bron. Je gaat ruimte ervaren en innerlijke stilte. Vaak leidt dat tot nieuwe inzichten, of (het begin van) een antwoord op een vraag waar je mee zit.
De weg weer terug naar buiten staat in het teken van het gebruiken van je kwaliteiten. Wat heb je gevonden tijdens je reis door het labyrint en hoe kan je dat inzetten om je doelen haalbaar te maken in je dagelijks leven?